|
|
Ten dienste van |
Ten dienste van |
Internationale |
Inspecties | gezondheid, CVTI |
Monsternemingen en analyses |
Controles bij invoer |
Fraudebestrijding | Barometers |
Meldingen en gevolgen van controles Afdrukbare versie | Laatst bijgewerkt op
19.06.2017
RASFF Via het Rapid Alert System for Food & Feed (RASFF) zijn er in 2016 door alle lidstaten van de EU in totaal 2.993 meldingen gedaan van producten die een risico kunnen betekenen voor mens of dier, en waarbij andere lidstaten of derde landen betrokken zijn. Hiervan gingen er 129 meldingen uit van België als gevolg van: invoercontroles aan de grens (46), de autocontrole van een bedrijf (43), een officiële controle op de Belgische markt (36), consumentenklachten (3) of een voedselvergiftiging (1).
Evolutie van RASFF-meldingen volgens verschillende criteria
In 2016 heeft het RASFF-contactpunt 392 meldingen met bijbehorende “additionals” verspreid binnen België; deze waren bestemd voor informatie of voor opvolging. Meldingsplicht Elke operator die activiteiten uitoefent die onder de bevoegdheid van het FAVV vallen, is verplicht om het FAVV in te lichten wanneer hij een vermoeden of reden heeft om aan te nemen dat een product dat door hem ingevoerd, geproduceerd, gekweekt, geteeld, verwerkt, vervaardigd of gedistribueerd werd, schadelijk kan zijn voor de gezondheid van mens, dier en plant (KB van 14/11/2003, art. 8 § 1). In onderstaande tabel wordt het aantal meldingen per dienst en de evolutie in de tijd weergegeven. Aantal meldingen per dienst en evolutie daarvan in de tijd
De evolutie in de tijd van het aantal meldingen per gevarenklasse wordt in de tabel weergegeven
Het aantal meldingen door operatoren steeg met 14% tegenover 2015 tot een totaal van 910 meldingen. De sterkste relatieve stijging werd waargenomen bij de meldingen over de aanwezigheid van fysische gevaren (+23%), die voornamelijk betrekking hadden op de aanwezigheid van stukjes plastiek (23 meldingen) en stukjes metaal (18 meldingen) in allerhande levensmiddelen. Het aantal meldingen voor microbiologische gevaren blijft stijgen (+16%), in 2016 voornamelijk met betrekking tot de aanwezigheid van Listeria monocytogenes (+71%). De meeste meldingen voor microbiologische gevaren hebben nog steeds betrekking op de aanwezigheid van Salmonella sp. (278 meldingen) in diverse levensmiddelen, diervoeders en voedermiddelen. Microbiologische gevaren blijven de belangrijkste reden van melding (52%) gevolgd door de meldingen over chemische gevaren (30%). Verdeling van de meldingen volgens de aard van het gevaar
Administratieve boetes Het koninklijk besluit van 22 februari 2001 houdende organisatie van de controles die worden verricht door het FAVV, bepaalt dat in de voedselketen vastgestelde inbreuken aanleiding kunnen geven tot een administratieve sanctie: de betaling van een administratieve boete door de overtreder doet de strafvordering vervallen. De afhandeling van de procedure voor het voorstellen van administratieve boetes wordt, op basis van de taalrol, toevertrouwd aan een jurist-commissaris van de administratieve boetes. Nadat hij de parketten de mogelijkheid heeft gegeven om de vastgestelde inbreuken te vervolgen, stelt hij een administratieve boete voor. Voor wanbedrijven (correctionele straf) wordt een bedrag van 150 € tot 30.000 € voorgesteld; voor overtredingen (politiestraf) is dit 100 €. De commissaris van de administratieve boetes steunt op de strafbepalingen van de wetten waarvoor het FAVV bevoegd is en houdt daarbij rekening met de individuele situatie van de overtreder, de ernst van de inbreuken of het aantal, de weerslag op de gezondheid van consumenten, dieren of planten en het eventueel voorkomen van recidive. Evolutie van het aantal door de commissarissen van de administratieve boetes behandelde dossiers
Belangrijkste materies waarvoor proces-verbaal werd opgesteld (uit een totaal van ongeveer 50 trefwoorden)
Net als de voorgaande jaren worden vaak inbreuken vastgesteld in de horecasector en de detailhandel, te wijten aan een minder professionele instelling van de verantwoordelijken. Als reactie op die vaststelling heeft het FAVV sinds begin 2011 aan horecazaken voorgesteld om, onder bepaalde voorwaarden, als alternatief voor de administratieve boete, een opleiding te volgen bij de voorlichtingscel van het FAVV. In 2016 konden 1.950 operatoren van deze mogelijkheid gebruik maken (1.946 in 2014 en 1.961 in 2015). Hiervan schreven 654 zich ook daadwerkelijk in voor een opleiding (790 in 2014 en 742 in 2015), waarvan 357 al konden genieten van de (gedeeltelijke) kwijtschelding van de administratieve boete (607 in 2014 en 553 in 2015).
Intrekking of weigering van de erkenning of toelating Wanneer de andere maatregelen (waarschuwingen, PV…) zonder succes werden toegepast, start het FAVV de procedure van weigering, intrekking of schorsing van de erkenning of toelating op. In geval van bevestiging van deze sanctie en wanneer de intrekkingsprocedure wordt ingeleid, kan de operator vragen om gehoord te worden voor de beroepscommissie van het FAVV. In 2016 werden 33 procedures van weigering en 26 procedures van intrekking opgestart:
Bovendien werden 3 operatoren aan een onmiddellijke intrekking onderworpen (zonder de mogelijkheid om in beroep te gaan), gezien de ernst van de vastgestelde feiten. |
|